BOODSCHAPPEN VAN 1 T/M 15 JUNI

1 juni

Je hebt God lief, alles bevordert dus jouw heil (vgl.Rom.8,28). Dank Hem voor alles wat jou gelukkig maakt, maar ook voor alles wat jou hindert. Alles bevordert jouw groei en innerlijke vorming, en uiteindelijk jouw geluk.

2 juni

Als je jouw hart zuivert, ruk je de wortels uit van het kwaad dat in jou de liefde vernietigt. Zonder liefde is er geen toegang tot de eeuwige zaligheid. Onderzoek je hart en verwijder er het kwaad dat er nog overblijft.

3 juni

Elke naaste dient in jouw ogen een ander "jijzelf" te zijn. Deel gulhartig de geestelijke goederen die God je gegeven heeft. Je hebt gratis ontvangen, geef ook gratis. Het delen van geestelijke goederen is belangrijker dan het delen van materiële goederen. Deze lenigen de noden van één dag, de geestelijke goederen ontvangt men voor het hele leven.

4 juni

Door hem de vrijheid te geven "heeft God de mens aan zijn eigen beslissingen onderworpen" (Sir.15,14). Door ze op God te richten, verwerft de mens de volmaaktheid in wat hij doet. Het is voor die vrijheid "dat Christus (u) vrijgemaakt heeft" (Gal.5, l). Door de vrijheid ben je verantwoordelijk voor je daden. Handel altijd zo dat je voor God verantwoording van je daden kunt afleggen, en bied ze Hem in dankbaarheid aan.

5 juni

Je geweten woont in het diepste centrum van je wezen. Het zet je aan tot het goede; het oordeelt jou als je kwaad doet. Dat oordeel is altijd duidelijk. Dank zij jouw christelijke opvoeding die je vanaf je prilste jeugd genoten hebt, is je geweten goed gevormd. Een dwalend geweten kan het gevolg zijn van een misvormde kindertijd. Daarom vraagt Jezus jou, niet te oordelen (Lc.6,37). Alleen God "doorgrondt de harten" (Apok.2,23).

6 juni

Ik sta aan je zijde, tot jouw dienst. Wees je steeds sterker bewust van mijn aanwezigheid. God heeft mij geschapen als boodschapper. Geef mij dikwijls een opdracht, om bijvoorbeeld je handelingen voor te bereiden. Terwijl ik bij je ben, zegen ik onophoudelijk de Heer, ik ben een "uitvoerder van Zijn bevel" (Ps.103,20). En ik heb in het bijzonder de opdracht jou te dienen als bewaarder en raadgever, want je dient het heil te erven (vgl.Heb.1,14). Gij, mensen, zijt allen "wonderen" (Ps.139,14). God heeft je geschapen "naar Zijn beeld" (Gen.1,26). En onophoudelijk schept Hij voor jou "wonderen van goedheid" (Ps.31,22). Helaas verwerpen zoveel mensen, in hun vrijheid, die koninklijke gave. Ontvang deze rijkdom in blijvende dankzegging. Zo zal jouw "ziel welgevallig zijn aan de Heer" (Wijsh.4,14).

7 juni

Ik ben net als jij een persoonlijk en onsterfelijk schepsel. Ik heb zoals jij een naam, die mijn zending bij jou uitdrukt. Sommige bevoorrechten kennen de naam van hun engelbewaarder. Indien je mijn naam verlangt te kennen, vraag hem dan aan de Heer. Hij zal hem geven als dat werkelijk vruchtbaar is voor jouw heiliging.

8 juni

Denk aan de voornaamste boodschappen die engelen in de heilsgeschiedenis brachten. De engel Gabriël werd gezonden naar de Maagd Maria om haar de Messias aan te kondigen en haar instemming te vragen om Zijn Moeder te worden. Een engel werd naar Jozef gezonden om hem te bevrijden van zijn droefheid door hem te melden dat het Kind in de schoot van Maria "van de Heilige Geest" kwam (Mt.1,20). De engelbewaarder van Johannes XXIII heeft hem ingegeven een oecumenisch concilie aan te kondigen. De Heer zendt voortdurend zijn engelen om de geschiedenis van de mensen naar Zijn zegen en zijn bedoelingen om te buigen. Hij is de Meester van de geschiedenis.

9 juni

In het huwelijk ontvangen de echtgenoten bijzondere genaden. Jezus Christus komt je tegemoet in een sacrament. Het is één van de meesterwerken van God. Elk sacrament is een kracht die voortspruit uit het Lichaam van Christus in het nieuwe en eeuwige Verbond. Bid dat alle christenen opnieuw volledig de grootheid van het sacrament van het huwelijk ontdekken. Het geluk dat de echtgenoten putten uit hun huwelijks- en gezinsleven is een voorsmaak van het Bruiloftsfeest van het Lam waarop ook jij bent uitgenodigd.

10 juni

Door het Doopsel ben je in Christus ingelijfd en leef je in Hem. Jezus deed altijd wat Zijn Vader behaagde en leefde in volledige eenheid met Hem. Leef ook zo met Jezus in de liefde van de Vader Die het diepste geheim van je hart kent. Zo zal je "volmaakt zijn zoals de hemelse Vader volmaakt is" (vgl.Mt.5,47), zoals de Heer het verlangt van Zijn volgelingen. Telkens als je die volmaaktheid bereikt, is mijn geluk onmetelijk.

11 juni

Buiten Jezus kan je niets. Hij is de Wijnstok, jij bent een rank. Deze Wijnstok draagt rijke vrucht. Geloof in Jezus Christus met al je krachten, met heel je ziel en onderhoud trouw Zijn Geboden. Dan gebeurt dit wonder: in jou bemint de Verlosser Zijn Vader en Zijn volgelingen; en je kunt jouw liefde voor de hemelse Vader verdubbelen; uit jouw hart zal onder de adem van de Heilige Geest, zacht de oneindig tedere naam opstijgen: "Abba", Vader (Gal.4,6).

12 juni

Je hebt de gave van het geloof ontvangen; dat is een onmetelijk geluk. Je bent "gerechtvaardigd door het geloof' (Rom.3,28). Je bent een "rechtvaardige" geworden. Weet wel dat "het vurig gebed van een rechtvaardige veel vermag" (Jak.5,16). Benut dit vermogen. Richt je gebeden tot de Heilige Drie-eenheid voor je naasten, voor de vervolgde christenen in de wereld, voor je land, voor hen die honger lijden, voor de armen en de onterfden. Beleger de Hemel met jouw gebeden; vurige bidders maken hem buit (vgl.Mt.11,12).

13 juni

Door overvloedige genade neem je deel aan het leven van God. Je bent binnengeleid in de intimiteit van het Drie-ene leven. Je bent helemaal kind van God, bestemd voor het eeuwig leven. Je bent "een nieuwe schepping; het oude is voorbij, het nieuwe is er al." (2Kor.5,17). Handel uit liefde tot God; handel nog slechts door Zijn liefde.

14 juni

Als je het verhaal leest van het eerste bezoek van Jezus aan Nazareth, bij het begin van Zijn opgaan naar Pasen (Lc.4,15-30) en de woorden die Hij sprak in de synagoge, krijg je misschien het gevoel dat Hij Zijn toehoorders uitdaagde. Inderdaad "allen betuigden Hem hun instemming en verbaasden zich, dat woorden zo vol van genade uit Zijn mond vloeiden" (Lc.4,22). Jezus heeft de Nazareners helemaal niet uitgedaagd. Hij wist wat er omging in het diepste van hun hart: "Doe al wat, naar wij hoorden, in Kafarnaüm gebeurd is, nu ook in uw vaderstad" (Lc.4,23). Het is niet vanuit een geloof in Jezus dat ze dit zeggen, maar uit nieuwsgierigheid, om aanwezig te zijn bij een schouwspel. De heftigheid van hun reactie bewijst het. Nooit beantwoordt Jezus een dergelijke houding met een wonder. Wat Hij wil, is de instemming van het hart, van heel het wezen met geloof in Hem. Hij is de Messias, de Zoon van God, en geen tovenaar. De gebeurtenissen van het Evangelie vragen altijd een bezinning naar de diepte. Ik ben er om je daarbij te helpen.

15 juni

Neem een voorbeeld aan de apostel Paulus in zijn reactie tegenover de Joden van Korinte. Hij tracht hen te overtuigen "dat Jezus de Messias is" (Hand.18,4). Hij oogst slechts tegenstand en smaad. En hij zegt hen: "Voortaan ga ik naar de heidenen" (Hand.18,6). Als je iemand ontmoet die onbuigzaam is met een versteend hart, dring dan niet aan. Er zijn zoveel onwetende maar gewillige zielen. Tot hen dien jij je te richten.